Carpaal Tunnel Syndroom
- Carpaal Tunnel Syndroom (CTS) is een aandoening in de pols waarbij de middelste handzenuw, de nervus medianus, bekneld is.
- Door herhaaldelijke bewegingen van de hand kan een zwelling ontstaan die de handzenuw beknelt, waardoor pezen in de carpale tunnel geïrriteerd raken.
- Carpaal Tunnel Syndroom symptomen zijn tintelingen, gevoelloosheid en spierzwakte in de hand en vingers.
- Carpaal Tunnel Syndroom klachten worden geleidelijk erger. Bij milde klachten kan het voldoende zijn om ’s nachts een spalk te dragen.
In het kort
- Carpaal Tunnel Syndroom (CTS) is een aandoening in de pols waarbij de middelste handzenuw, de nervus medianus, bekneld is.
- Door herhaaldelijke bewegingen van de hand kan een zwelling ontstaan die de handzenuw beknelt, waardoor pezen in de carpale tunnel geïrriteerd raken.
- Carpaal Tunnel Syndroom symptomen zijn tintelingen, gevoelloosheid en spierzwakte in de hand en vingers.
- Carpaal Tunnel Syndroom klachten worden geleidelijk erger. Bij milde klachten kan het voldoende zijn om ’s nachts een spalk te dragen.
Wat is Carpaal Tunnel Syndroom?
Carpaal Tunnel Syndroom (CTS, ook wel carpaletunnelsyndroom) is een aandoening in de pols waarbij de middelste handzenuw bekneld is. Deze zenuw, de nervus medianus, zorgt voor gevoel in de handpalm, duim, wijsvinger en middelvinger en loopt vanuit de onderarm via een opening in de handwortelbeentjes naar de handpalm. De ruimte in de pols waar de zenuw doorheen loopt, heet de carpale tunnel. Door de carpale tunnel lopen ook de pezen die verbonden zijn aan de spieren die de vingers buigen. Bij een zwelling van het weefsel rondom de carpale tunnel kan de zenuw bekneld raken. Dan spreken we van Carpaal Tunnel Syndroom.
Carpaal Tunnel Syndroom komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen en vooral bij mensen tussen de 40 en 60 jaar. Sommige mensen zijn geboren met een kleine carpale tunnel, maar Carpaal Tunnel Syndroom kan ook worden veroorzaakt door steeds dezelfde bewegingen met de hand en pols te maken. Carpaal Tunnel Syndroom valt onder de categorie RSI: een overkoepelende term voor spier- en gewrichtsklachten aan de hand, pols, arm, schouder en nek.
Carpaal Tunnel Syndroom verergert in de loop van de tijd. Daarom is vroege diagnose en behandeling belangrijk. Dan kan met eenvoudige maatregelen verlichting van de klachten worden bereikt en kan zenuwschade worden voorkomen. Zo zijn er verschillende oefeningen die het herstel bevorderen.
Symptomen
Veelvoorkomende klachten bij Carpaal Tunnel Syndroom zijn:
- Tintelingen in de hand, die kunnen uitstralen naar de onderarm en elleboog
- Pijn in de hand of pols, die kan uitstralen naar de onderarm en elleboog
- Doof gevoel in de handpalm, duim, wijsvinger en/of ringvinger
- Verminderde kracht in de hand en vingers
- Moeite met het dragen van tassen
- Moeite met fijne vingerbewegingen
- Neiging tot wapperen met de handen voor klachtenvermindering
Veel mensen ervaren ’s nachts last van de symptomen en worden wakker van de klachten. Dit komt doordat we vaak met een gebogen pols slapen. Overdag treden de symptomen op wanneer je iets lang met een gebogen pols vasthoudt, bijvoorbeeld je telefoon of het stuur tijdens het autorijden.
De symptomen van Carpaal Tunnel Syndroom worden in de meeste gevallen geleidelijk erger. In het begin merken mensen vaak dat de symptomen komen en gaan. Naarmate de aandoening verergert, kunnen symptomen vaker voorkomen of langer aanhouden. Als de aandoening onbehandeld blijft, kan de zenuw beschadigd raken en kunnen blijvende tintelingen, gevoelloosheid en zwakte ontstaan.
Oorzaken
Carpaal Tunnel Syndroom kan ontstaan door herhaaldelijke bewegingen van de hand. Deze kunnen zorgen voor een zwelling die de polszenuw beknelt, waardoor de pezen in de carpale tunnel geïrriteerd raken. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door het spelen van een muziekinstrument, sporten en het gebruik van een muis of door veel te typen. Een zwelling kan ook ontstaan bij een gebroken pols.
Vaak is er niet één oorzaak van maar dragen verschillende factoren bij aan het ontstaan van Carpaal Tunnel Syndroom. Andere risicofactoren zijn:
- Reumatoïde artritis
- Extra vocht dat zich in het lichaam ophoopt, bijvoorbeeld bij zwangerschap, menopauze of een traag werkende schildklier
- Obesitas
- Diabetes
Opmerkingen
Carpaal Tunnel Syndroom herstel
Er zijn verschillende behandelingen mogelijk bij Carpaal Tunnel Syndroom, maar er is niet altijd behandeling nodig voor herstel. In een op de vier gevallen gaat de zenuwbeknelling vanzelf over.
Carpaal Tunnel Syndroom oefeningen
Verschillende oefeningen kunnen het herstel van Carpaal Tunnel Syndroom bevorderen en de klachten helpen verminderen. Je kunt hiervoor terecht bij een fysiotherapeut of manueel therapeut. Ook osteopathie kan verlichting geven.
Carpaal Tunnel Syndroom pijn verlichten
PEA werkt als een natuurlijke pijnstiller en kan helpen om de pijn te verlichten.
Carpaal Tunnel Syndroom spalk
Bij milde klachten kan het voldoende zijn om ’s nachts een spalk te dragen. De spalk houdt de pols in een rechte positie, zodat de zenuw zo min mogelijk bekneld raakt. Het kan ook nuttig zijn om overdag een spalk te dragen.
Carpaal Tunnel Syndroom injectie
Bij de reguliere behandeling van Carpaal Tunnel Syndroom kan de arts bij erge klachten een injectie geven met krachtige ontstekingsremmers (corticosteroïden). Deze remmen de zwelling en druk in de carpale tunnel waardoor de klachten minder erg worden, maar het effect van de injecties is soms slechts tijdelijk.
Carpaal Tunnel Syndroom operatie
Als andere behandelingen niet genoeg helpen, kan een operatie mogelijk zijn. Hierbij snijdt de arts het dak van de carpale tunnel open om de druk op de zenuw te verlichten, zodat deze meer ruimte krijgt. Het herstel van de operatie kan een aantal maanden duren. Een operatie geeft geen garantie op volledig herstel.
- Di Geronimo, G., Caccese, A. F., Caruso, L., Soldati, A., & Passaretti, U. (2009). Treatment of carpal tunnel syndrome with alpha-lipoic acid. Eur Rev Med Pharmacol Sci, 13(2), 133-139.
- Pajardi, G., Bortot, P., Ponti, V., & Novelli, C. (2014). Clinical usefulness of oral supplementation with alpha-lipoic acid, curcumin phytosome, and B-group vitamins in patients with carpal tunnel syndrome undergoing surgical treatment. Evidence-Based Complementary and Alternative Medicine, 2014.
- Boriani, F., Granchi, D., Roatti, G., Merlini, L., Sabattini, T., & Baldini, N. (2017). Alpha-lipoic acid after median nerve decompression at the carpal tunnel: a randomized controlled trial. The Journal of Hand Surgery, 42(4), 236-242.
- Akram, M., Daniyal, M., Sultana, S., Owais, A., Akhtar, N., Zahid, R., … & Thiruvengadam, M. (2021). Traditional and modern management strategies for rheumatoid arthritis. Clinica Chimica Acta, 512, 142-155.
- Oil, B. C., & Oil, B. (2008). Supplement and Vitamin and Mineral Guide. Primer on the Rheumatic Diseases, 691.
- Talebi, M., Andalib, S., Bakhti, S., Ayromlou, H., Aghili, A., & Talebi, A. (2013). Effect of vitamin b6 on clinical symptoms and electrodiagnostic results of patients with carpal tunnel syndrome. Advanced pharmaceutical bulletin, 3(2), 283–288. https://doi.org/10.5681/apb.2013.046
- Ryan-Harshman, M., & Aldoori, W. (2007). Carpal tunnel syndrome and vitamin B6. Canadian family physician, 53(7), 1161-1162.